Contact
Contact: Jana Vandael en Nena Van Mierlo via k4@rkc.be.
Klik hier voor een overzicht van de tornooien en inschrijvingen.
Wat is K4?
Genderneutraliteit
K4-korfbal wordt gespeeld met 2 teams van 4 spelers. Alle deelnemende ploegen trachten zo vaak mogelijk met 2 jongens en 2 meisjes aan te treden. Tijdens de wedstrijd is er dan een genderneutraliteit en mogen alle spelers elkaar gaan verdedigen of hinderen. Mocht een team niet aan de voorwaarde 2 jongens en 2 meisjes kunnen voldoen, zijn alle andere samenstellingen altijd mogelijk. De tegenpartij doet dan steeds het nodige om dit evenwichtig op te vangen.
Niveaugelijkheid
We doen er samen alles aan om voor elk kind een wedstrijd aan te bieden waar hij/zij zich kan ontplooien. Dit wil zeggen dat onze coaches er altijd alles aan doen om het voor alle 8 spelers op het veld aangenaam te maken. Voor de start van een wedstrijd maken de coaches met elkaar afspraken rond het niveauverschil dat er eventueel is. Ze bepalen dan samen welke spelers ze gaan opstellen, zodat we op voorhand al hetzelfde niveau of gestalte van spelers tegen elkaar brengen. Bij de start van de wedstrijd stellen we onze 4 spelers in het midden van het veld naast elkaar op. De coaches zetten dan de juiste speler tegenover zijn/haar tegenspeler en vanaf dan blijven ze tegen elkaar korfballen. Spelers die op hun leeftijd het niveau overstijgen of biologisch veel groter zijn dan de andere kinderen, kunnen we beter een leeftijdscategorie hoger laten spelen. Hierdoor worden zij sterker uitgedaagd en zijn de verschillen op het veld veel kleiner.
Basisregels
K4-korfbal wordt gespeeld volgens de basisregels van de KBKB, mits enkele wijzigingen om het spelplezier te verhogen en onze kinderen beter op te leiden. Daarnaast is het super belangrijk dat de regels heel simplistisch zijn en een niet-korfballer onmiddellijk de regels begrijpt.
- Dit wil zeggen dat spelers niet mogen lopen met de bal in hun handen.
- Dat de bal binnen het speelveld moet blijven.
- Maken we lichamelijk contact met een speler die naar de mand gooit, geven we die speler altijd een penalty. Penalty kan ook een schietkans zijn van 2,5 meter voor de paal.
- Alle vormen van niet per toeval hinderen, duwen, lopen, duiken, springen worden als gevaarlijk spel aanzien en gefloten als een fout.
Puntentelling
Het leukste wat elk sportend kind wil is scoren en winnen. Dat is ook het uiteindelijke doel van onze sport en moeten we dan ook blijven stimuleren! Maar onder de norm "niveaugelijkheid" gaan we het puntensysteem aanpassen. Een wedstrijd wordt daarom verdeeld in 3 sets. De ploeg die de meeste sets wint, wint de wedstrijd. De wedstrijd kan dus enkel verloren worden met maximaal 0-3 en dat is al veel minder erg dan bijvoorbeeld 2-32. Bij een gelijke stand, krijgen beide teams 1 punt. Een wedstrijd duurt gemiddeld 20min. Doel is om in 1u, 3 wedstrijdjes van 20min te kunnen laten doorgaan. De spelertjes winnen enkel voor de eer, er is geen klassement of eindtotaal. Het moet elke set opnieuw gaan rond 1 doel: "probeer deze set zoveel mogelijk te scoren."
Superspeler
Het team dat de eerste set verliest met meer dan 3 doelpunten verschil, mag in de 2de set een 5de speler op het speelveld brengen. Deze set wordt dus gespeeld met 4 tegen 5. Wint het team met superspeler de tweede set, dan vangen we de derde set terug aan met 4 tegen 4. De winnaar van de derde set wint dan de wedstrijd met 2-1. Verliest het team met of zonder superspeler ook de 2de set, dan mag het met 5 spelers de derde set aanvangen.
Verdedigen
Om alles duidelijk en simpel te houden laten we deze regel weg. We spreken wel af dat we onze spelers blijven stimuleren om 1/1 te blijven verdedigen. We gaan onze kinderen niet opleiden om schoten toe te laten en te gaan voor de rebound en/of balbezit. Dit wil zeggen dat wanneer onze kinderen zo kort mogelijk verdedigen, ze automatisch verhinderen dat hun tegenstrever kan gooien. Heeft de speler toch kunnen gooien, moeten we onze verdediger stimuleren om of korter te gaan of de hand hoger te laten aansluiten.
Wat zijn de voordelen:
- Kinderen gaan meer schieten en hun kans tot scoren verhoogt.
- Kinderen gaan ook beter en sneller leren schieten onder druk, waardoor ze in latere leetijdscategorieën dit ook kunnen verder zetten en ontwikkelen.
- Kinderen leren om kort mee te lopen met hun tegenspeler en om kort te gaan verdedigen.
- Kinderen durven al eens risico's nemen en vol voor de balonderschepping gaan.
- Er is geen discussie meer over deze regel, waardoor het fijner en duidelijker is voor de toeschouwers en zeker voor de (meestal jeugdige) scheidsrechter.
Wat zijn de nadelen:
- Er is er maar 1. Kinderen die de overgang maken naar K8-korfbal zullen in het begin af en toe wel eens zondigen en verdedigd schieten, maar ook zeker even niet durven schieten in de gedachte ze iets fout zouden doen. Dit vraagt dan even tijd om zich aan te passen, maar het verleden leerde ons dat dit niet lang duurt en daarna vlekkeloos verloopt.
De nadelen wegen dus niet op tegen de grote voordelen.
Dubbele kans
We merken in K4-wedstrijden dat grotere en stevigere spelers in de paalzone vaak de bal gooien, zelf afvangen en opnieuw gooien tot ze scoren. Dit kan doordat de verdedigingsregel is afgeschaft. Daarom voegden we volgende regel toe: "een speler die een kans neemt en zelf afvangt, mag niet opnieuw zelf gooien en moet de bal eerst passen."